Maiani voedselbos is voorbeeld voor duurzame groei in semi-aride regio
Gepubliceerd 17/3/2021
De Koppert Foundation steunt de aanleg en ontwikkeling van een voedselbos in Kenia. Regionaal manager Charles Macharia noemt het een unieke aanpak en een duurzame oplossing voor voedselproductie in de droge regio van Maiani.
De Keniase organisatie Ghetto Smart klopte met haar plannen voor een voedselbos in Kenia aan bij de Koppert Foundation. “De Foundation is gevestigd in Nederland en dat maakte het voor ons moeilijk om de aanvraag te beoordelen. Daarom vroegen we Charles Macharia (verantwoordelijk voor Koppert Oost-Afrika) om hulp”, vertelt Ed Moerman, Executive Manager van de Foundation. Charles hielp hen graag: “Ik heb veel vertrouwen in het team van Ghetto Smart en hun plannen en heb daarom positief geadviseerd. In januari zijn de eerste planten de grond in gegaan. Onlangs heb ik een vervolgbezoek afgelegd: ik was heel blij verrast over de voortgang.”
Droge regio
Maiani ligt op honderd kilometer afstand van hoofdstad Nairobi in een steppe-regio. De temperaturen zijn erg hoog. “Het zijn eigenlijk geen goede omstandigheden voor traditionele landbouw. Je hebt hier een speciale aanpak nodig: met het voedselbos imiteer je een natuurlijke vegetatie. Die heeft meer veerkracht, is duurzamer en meer bestand tegen de extreme omstandigheden”, vertelt Charles.
Het verschil met een natuurlijke vegetatie is dat alle lagen van de vegetatie fruit, groenten of knollen produceren. De hoogste laag bestaat uit bomen, dan volgen de struiken en de onderlaag bestaat uit bijvoorbeeld groentegewassen en kruiden.
“Dit is absoluut geen standaardaanpak en je moet deze manier van telen echt leren. Bovendien moet je de basisprincipes aan de lokale omstandigheden en wensen aanpassen”, zegt Charles.
Vijfdaagse cursus
In januari 2020 heeft Ghetto Smart onder leiding van Bena Kyengo 74 deelnemers uit Maiani getraind. Toen zijn ook de eerste planten gepoot. Afgelopen september volgde een vijfdaagse cursus over klimaatverandering, water- en bodemmanagement, geschikte gewassen en trainingen over vermeerdering en compostering. Hieraan deden 52 mensen mee. Koppert bracht kennis over bodembiologie in en leverde micro-organismen om de bodem te verbeteren.
Het duurt natuurlijk enige tijd voordat de bomen en struiken in productie zijn. “Op de korte termijn moet het inkomen uit de productie van groenten komen; op de middellange termijn komt daar het fruit bij. We moeten de natuur tijd geven om zijn werk te doen”, geeft Charles aan.
Herkenning
Charles is erg te spreken over het project: “Dit is een unieke aanpak. Er is nog veel te leren, bijvoorbeeld welke gewassen in het systeem passen onder de lokale omstandigheden. Maar als het goed lukt, kan dit een voorbeeld zijn voor andere projecten in de regio. Daarom is het nodig dat alle ervaringen goed gedocumenteerd worden. Dan wordt het echt een pilot die veel uitstraling kan krijgen.”
