CABI, Koppert Biological Systems en Koppert Foundation tekenen nieuwe overeenkomst

Gepubliceerd 2019
Koppert Foundation en Koppert Biological Systems hebben een Memorandum of Understanding (MoU) ondertekend met CABI - een internationale not-for-profit organisatie - om samen te werken aan het beschikbaar maken van milieuvriendelijkere biologische oplossingen in de strijd tegen plantenziekten en -plagen in minder ontwikkelde landen.

Dit volgt op het succes van eerdere samenwerking in Kenia in maart dit jaar, waarin CABI en de Koppert Foundation samenwerkten om plagen te bestrijden die de voedselzekerheid en het levensonderhoud van duizenden boeren en hun gezinnen bedreigen. In het kader van de nieuwe overeenkomst is onder andere verdere uitbreiding gepland voor training in geïntegreerde plaagbestrijding voor de plantendokters van Plantwise die advies geven aan lokale boeren.

Centre for Agriculture and Biosciences International
Dr. Trevor Nicholls, CABI CEO, zei dat hij er trots op was samen met Koppert te werken om problemen in de landbouw en het milieu op te lossen. 'We kijken uit naar doorgaand onderzoek naar bestaande en nieuwe, innovatieve, niet-chemische, geïntegreerde plaagbestrijdingsoplossingen waarmee boeren uiteindelijk efficiënter kunnen telen en minder hoeven te verliezen aan plagen en ziekten.'

Belangrijke gebieden van beoogde samenwerking tussen CABI en Koppert als onderdeel van het MoU zijn:

  • Het creëren van nieuwe biologische controle producten die door CABI zijn geïdentificeerd
  • Beter ontsluiten van informatie over beschikbare geregistreerde producten voor biologische gewasbescherming in specifieke landen met behulp van een BioProtection Portal dat door CABI is ontwikkeld
  • Inzet van Plantwise-plant dokters verbeteren door meer te focussen op duurzame en biologische methoden van gewasbescherming als onderdeel van geïntegreerde gewasbescherming (IPM)
  • Ondersteuning van de oprichting van lokale faciliteiten voor productie van natuurlijke vijanden om de acceptatie van biologische systemen in minder ontwikkelde landen te stimuleren